Foto ron willems
Persoonlijk verhaal

Ron Weening, partner van een verpleegkundige

Onregelmatige diensten, heftige gebeurtenissen, fysieke inspanningen: het werk op de SEH is mooi en dankbaar, maar ook zwaar. Ron Weening krijgt daar veel van mee, want zijn echtgenote Sarie is SEH-verpleegkundige.

“De ene dag praat ze meer over het werk dan de andere. Ze vertelt er nooit in detail over, maar ik merk weleens dat ze met haar hoofd nog bij het werk is. Vooral als ze iets aangrijpends heeft meegemaakt. Soms waardeert ze dan een arm om haar heen. En soms is niks goed. Wat ik ook zeg, het komt verkeerd binnen. Het is dan het beste om haar even met rust te laten.”

Andere golflengte 

“We zijn ruim veertig jaar samen en hebben elkaar in de zorg leren kennen. Met dat werk ben ik gestopt zodra we kinderen kregen, zodat we hen meer regelmaat konden bieden. Ik heb altijd mijn eigen leven gehad, met een drukke baan en allerlei hobby’s. Zo zong ik bijvoorbeeld in een koor en werd ook vaak elders uitgenodigd om te zingen. Aan het eind van zo’n avond kwam ik vol positieve energie thuis. Zij kon op hetzelfde moment moe thuiskomen van een zware dienst. Dan zaten we bij wijze van spreken op een andere golflengte. Daardoor leefden we soms langs elkaar heen. Het is lastiger geworden toen ik in 2015 ziek werd. Ik ben nu afgekeurd en heb veel minder omhanden. Zij draait ondanks haar leeftijd nog alle diensten. Die inzet bewonder ik. Na al die jaren ligt ook mijn hart nog altijd bij de zorg, dus ik vind wat zij doet geweldig. Maar soms denk ik wel: let ook op jezelf. Want het werk eist geestelijk en fysiek zijn tol. Ze is vaak moe. Op een vrije dag slaapt ze lang uit. Samen op pad gaan zit er dan vaak niet in. Begrijpelijk hoor, maar leuk is het niet altijd.” 

Voor jezelf zorgen 

“Na een stroef moment strijken we de plooien altijd weer glad. Meestal is dat doordat een van ons zegt: “Is dit nou de manier?” We proberen elkaar als we botsen niet te beschuldigen, we breken het zonder oordeel open. En we motiveren en stimuleren elkaar bijvoorbeeld waar nodig. Om haar werk vol te houden, begon zij op een gegeven moment te sporten. Heel fanatiek, vier tot vijf keer per week buffelen in de sportschool. Doordat zij er zo enthousiast over was, kreeg ze mij erin mee. Dat is een kracht van haar: ze weet je te motiveren om voor jezelf te zorgen. Toen ik ziek werd en zij ook nog eens mantelzorg ging verlenen, stopten we allebei met sporten. Ik heb haar een paar maanden geleden aangespoord om het weer op te pakken, omdat het haar goed doet. Nu is ze weer net zo fanatiek als voorheen. Dat is fijn. Ze moet niet al haar tijd kwijt zijn aan mantelzorg. Ik ben niet haar patiënt en wil dat ook niet zijn. Alhoewel ze zich niet kan inhouden om adviezen te geven. Te veel op de bank zitten is niet goed en dan zegt ze bijvoorbeeld: “Het is beter voor je als je een blokje omgaat.” En ja, natuurlijk heeft ze daar gelijk in. Ze heeft het beste met me voor, net als ik met haar.